De 21 wethouders Mobiliteit van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag zijn akkoord met een investering van 150 miljoen euro in het openbaar vervoer.

HTM, RET en EBS kunnen daarmee de gevolgen van de coronacrisis achter zich laten en het openbaar vervoer leveren dat de metropoolregio nodig heeft.

Jeffrey Keus (MRDH portefeuillehouder OV Exploitatie): “Het openbaar vervoer is essentieel voor belangrijk maatschappelijke uitdagingen waar we voor staan. Van wonen naar werk of studie, naar familie, vrienden of er lekker op uit: we kunnen niet zonder bus tram of metro. In een groeiende metropoolregio, die inzet op duurzaam vervoer en waarin mensen onderling verbonden zijn moet je van goed OV op aan kunnen. Met deze grote investering kunnen de vervoerders het OV leveren dat de metropoolregio nu en in de toekomst nodig heeft. “

Anton Rottier (voorzitter adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH): “De raadsleden in de adviescommissie zijn actief betrokken bij dit traject. Op basis van ons advies hebben de wethouders Mobiliteit een belangrijk en goed besluit kunnen nemen. Deze forse investering is een grote stap om de continuïteit van het openbaar vervoer in onze metropoolregio te borgen. Dat is belangrijk voor onze inwoners. Zij moeten van goed en voldoende openbaar vervoer kunnen rekenen.”

Door de coronacrisis, stijgende energieprijzen, ziekteverzuim en personeelstekorten kregen de vervoerders forse financiële uitdagingen. Om het toenemend aantal inwoners van de metropoolregio ook de komende jaren het metro-, bus- en tram-vervoer te bieden dat nodig is, moet nu geïnvesteerd worden. Nu de bestuurscommissie Vervoersautoriteit van de MRDH akkoord is met de plannen moet het algemeen bestuur zich op 15 december nog over de financiële kant van de plannen uitspreken. Daarna zijn de investeringen in het openbaar vervoer formeel vastgesteld.

De investering in het OV staat niet op zichzelf. Tijdens de coronapandemie kwam de MRDH de vervoerbedrijven al met 379 miljoen euro tegemoet.


Door: Peter van der Aar.
Bron: persbericht MRDH.
Foto: Peter van der Aar.